Door insecten en biopesticiden als natuurlijke bestrijders in te zetten biedt Biobest, als onderdeel van BioFirst Group, een ecologisch alternatief om gewassen in de land- en tuinbouw te beschermen. De onderneming uit Westerlo ademt duurzaamheid uit op alle vlakken en is ondertussen actief in meer dan 70 landen verspreid over 6 continenten. Recent opende een nieuwe hypermoderne hal voor de productie van roofmijten om plagen te bestrijden. "We streven ernaar om wereldwijd de toonaangevende leverancier van biologische gewasbeschermingsoplossingen te blijven en onze positie ten opzichte van traditionele pesticides te vergroten", benadrukt Sustainability Manager Peter van Leent. Een gezonde ambitie gekoppeld aan Kempense bescheidenheid!
"Het begon allemaal in 1987 toen Roland de Jonghe als dierenarts experimenteerde met hommels voor de natuurlijke bestuiving van tomaten", vertelt Operations Manager Sarah Van Steenwinkel. "Met succes, want zijn innovatieve ingeving leverde al snel aanzienlijke opbrengsten en betere gewaskwaliteit op. En zo groeide de vraag naar meer biologische oplossingen. Sindsdien heeft Biobest zijn aanbod verder uitgebreid en zich tot wereldleider ontwikkeld in biologische gewasbescherming, met duurzaamheid als kernwaarde."
"Alles begon in 1987 toen Roland de Jonghe als dierenarts experimenteerde met hommels voor de natuurlijke bestuiving van tomaten."
Sarah Van Steenwinkel, Operations Manager Biobest België bij BioFirst Group
Biobest is een 100% Belgisch bedrijf dat zich richt op biologische gewasbescherming en natuurlijke bestuiving. Dit Kempense bedrijf biedt duurzame alternatieven voor chemische gewasbescherming zoals nuttige insecten, mijten en biopesticiden. Met vestigingen en distributienetwerken in meer dan 70 landen opereert Biobest wereldwijd. Recent is Biobest Group omgedoopt tot BioFirst Group, bestaande uit de 4 divisies Biobest, BioWorks, Biotrop en Plant Products, die elk hun vizier richten op specifieke markten in de tuin- en akkerbouw. Met een verwachte omzet van 500 miljoen euro in 2024 is BioFirst Group wereldleider in biologische gewasbescherming.
In de hommelkamers op de site in Westerlo komt de geur van glucose ons tegemoet. Hier bevinden we ons in een van de kloppende harten van het Kempense bedrijf. Met een gemiddelde temperatuur van 28 graden is het er ook best warm en niet meteen de favoriete omgeving voor hooikoortslijders. Maar bovenal, hier gedijen de hommels in perfecte omstandigheden. Mooi geschrankt in hoge karren zoemen ze in doorzichtige bakjes en worden ze één op één gevoed met glucosevocht en samengeperst stuifmeel. Jaarlijks stuurt de Biobest-divisie meer dan 1 miljoen hommelnesten de wijde wereld in om gewassen op de terreinen van telers en landbouwers te bestuiven. Het kweekproces duurt 10 weken, waarna ze naar de klant gaan. Een intensief proces, waar veel handenarbeid aan te pas komt.
"De hommels zijn onze deuropeners geweest, een activiteit die vandaag een kleiner deel van de omzet van Biobest vertegenwoordigt", sluit Sustainability Manager Peter van Leent aan. "Biologische methoden verminderen de afhankelijkheid van chemische pesticiden, met minder milieuschade, gezondere landbouwgrond en gewassen met behoud van biodiversiteit tot gevolg. We gaan ook altijd op zoek naar innovatieve oplossingen die landbouwpraktijken verbeteren en duurzaamheid centraal stellen." Om er een te noemen: de Crop-Scanner™, een innovatieve app, gekoppeld aan een webdashboard, om een gewas eenvoudig te kunnen inspecteren en waarmee telers en adviseurs van Biobest vanop afstand ziekten en plagen kunnen volgen en trends in gewassen detecteren.
Of biologische gewasbeschermingsmiddelen het ooit volledig zullen overnemen van de chemische alternatieven? "Ze winnen alleszins sterk aan belang door een groeiende bewustwording van de negatieve effecten van traditionele pesticiden op het milieu en onze voeding", zegt van Leent. "In de Zuid-Amerikaanse markt zien akkerbouwtelers echt heil in ons product, met meer en gezondere opbrengsten. Op een gegeven moment worden de verschillende soorten plagen resistent tegen een opeenvolging van chemische sprays. Biologische bestrijding krijgt in die landen dan ook veel meer aandacht. Ze houden hun velden gezond en kwalitatief en beseffen dat het economisch interessant is. Dergelijke positieve resultaten zijn van groot belang voor de groei van onze sector."
"De registratie van biopesticiden duurt in Europa gemiddeld 6 tot 10 jaar, in vergelijking met slechts 1 tot 3 jaar elders. Dit zadelt onze Europese telers met een serieus nadeel op."
Peter van Leent, Sustainability Manager ESG bij BioFirst Group
Op het eigen Europese continent verloopt de omslag naar biopesticiden weliswaar minder vlot, met lange registratie- en vergunningsperiodes voor natuurlijke gewasbeschermers. "De registratie van biopesticiden duurt in Europa gemiddeld 6 tot 10 jaar, in vergelijking met slechts 1 tot 3 jaar elders. Dit zadelt onze Europese telers met een serieus nadeel op, want om betere alternatieven te kunnen gebruiken, moeten de producten eerst wel geregistreerd staan. We blijven daarom bij EU-beleidsmakers aandringen om de langdurige procedures te versnellen. En we blijven inzetten op onderzoek en ontwikkeling om onze producten continu te verbeteren en aan te passen aan de regionale behoeften, in nauw overleg met lokale partners en gemeenschappen", zegt Peter van Leent.
Een nieuwe mijlpaal in de geschiedenis van Biobest is de recente opening van een hypermoderne mijtenhal, mede gefinancierd door Belfius. Roofmijten, die larven en eieren van schadelijke insecten opeten, zijn minuscule natuurlijke vijanden die het gebruik van chemische gewasbeschermingsmiddelen in de serreteelt tot een minimum beperken. De gloednieuwe productie-eenheid is 4.000 vierkante meter groot en draait volledig op hernieuwbare energie met warmtepomptechnologie, luchtbehandelingskasten, een hoogwaardige warmtewisselaar voor maximale energieterugwinning en een zonnestroominstallatie die 416.000 kWh per jaar opwekt. "Wat betekent dat we onze CO2-uitstoot in de hele vestiging in Westerlo met 15% of 44 ton kunnen terugdringen", vertelt een trotse duurzaamheidsmanager. "En wist je trouwens dat we in de winter delen van onze hal kunnen verwarmen op hommelenergie? Hommels die continu met hun vleugels slaan, produceren namelijk enorm veel warmte. Zelfs zo veel dat we in de winter vaak onze productieruimtes moeten afkoelen. Vandaag verwarmen ze al mee de aangelegen hal, maar in de toekomst gaan we de warmte- en koudevraag van de site verder optimaliseren. Dan kunnen we een deel van onze andere gebouwen verwarmen op hommelenergie."
Ondertussen scheidt de Kempense onderneming al meer dan 75% van het operationeel afval voor recyclage of hergebruik, met als target om tegen 2030 geen plastic of piepschuim als verpakkingsmateriaal meer te gebruiken. "Ik schat dat we ondertussen ongeveer de helft van onze plastic verpakkingen vervangen hebben. Momenteel testen we voor onze hommels een kartonnen regenbestendige doos die enkele maanden in weer en wind buiten kan staan", aldus van Leent.
"We moedigen onze medewerkers actief aan om deel te nemen aan lokale gemeenschapsprojecten. Dergelijke projecten versterken niet alleen de teamgeest, maar helpen ons ook om samen te werken aan een betere omgeving."
Kristof Truyens, Chief Human Resources Officer bij BioFirst Group
BioFirst zet alle zeilen bij om duurzaamheid diep te verankeren in elke divisie van de organisatie. Dit betekent dat elke medewerker, waar die zich ook bevindt, een actieve rol speelt in het duurzaamheidsverhaal. "Ons HR-team werkt dagelijks aan het verbeteren van de betrokkenheid van onze talenten", vertelt Chief Human Resources Officer Kristof Truyens. "We moedigen hen actief aan om deel te nemen aan lokale gemeenschapsprojecten. In Turkije hebben we, net zoals hier in Westerlo, met het hele team een dorpsopruimactie georganiseerd. In Marokko hebben we sterk ingezet op het alfabetiseren van onze medewerkers. En in Mexico hebben we medewerkers zonder opleiding via een speciaal programma gestimuleerd om opnieuw te gaan studeren. Sommigen zijn zelfs afgestudeerd aan de universiteit en werken nu op onze finance-afdeling. Ons beloningssysteem voor senior managers is bovendien gekoppeld aan jaarlijks bepaalde duurzaamheidsdoelstellingen. Concreet focussen we op het verminderen van de CO2-voetafdruk, het scheiden en reduceren van afval en projecten rond maatschappelijk verantwoord ondernemen. Dergelijke doelstellingen versterken niet alleen de teamgeest, maar helpen ons ook om samen te werken aan een betere omgeving."
BioFirst Group is vastberaden om zijn duurzaamheidsdoelen te verwezenlijken en neemt sinds vorig jaar deel aan het Corporate ESG Ambition-programma van Belfius. "Belfius is al jaren een trouwe businesspartner. We hebben deze kans om eveneens op het vlak van ESG samen te werken dan ook met beide handen gegrepen. Een recent voorbeeld van deze gerichte samenwerking is onze gloednieuwe productiehal", vertelt Ward Matterne, Manager Tax & Treasury.
Door continu in te zetten op duurzame technologieën en processen kon BioFirst al aanzienlijke vooruitgang boeken in de ambitieuze doelen rond CO2-reductie en sociale projecten met lokale gemeenschappen. "We waarderen enorm de unieke aanpak van Belfius om Belgische ondernemingen te steunen. En dankzij hun innovatieve ESG-ondersteuning kunnen we onze duurzaamheidsdoelstellingen verder uitbreiden en versterken. Samen bouwen we aan een betere toekomst", besluit Matterne.
Bio Sarah Van Steenwinkel
Bio Peter van Leent
Bio Kristof Truyens
Bio Ward Matterne