De PMI’s of inkoopmanagersindexen zijn elke maand een belangrijke bron van informatie voor economen en beleggers. Maar hoe nuttig zijn deze gegevens voor beleggers?
De PMI of inkoopmanagersindex is een enquête die afgenomen wordt bij inkoopmanagers van verschillende bedrijven. De inkoopmanager weet meer bepaald welke producten er nodig zijn om bepaalde goederen of diensten te leveren en heeft dus een goed zicht op de toekomstige bedrijfsactiviteit.
De enquête gaat bij de deelnemers na of de situatie beter of minder goed is dan in de vorige maand. Vervolgens worden de antwoorden op de verschillende vragen samengevat tot een getal. Een getal boven de 50 wijst er op dat de inkoopmanagers een expansie zien ten op zichte van de maand ervoor, onder de 50 duidt op een contractie.
Eurozone
Sinds oktober vorig jaar is er in zowel de eurozone als de Verenigde Staten een verschil tussen de dienstensector en de industrie. Onderstaande grafiek toont aan dat de PMI’s van de industrie in de eurozone al een jaar onder de 50 liggen. De dienstensector daarentegen scoort sinds begin dit jaar opnieuw structureel boven de 50. Deze divergentie, een zwakke industrie maar sterke dienstensector, heeft ertoe geleid dat de economie in de eerste helft van dit jaar beter heeft gepresteerd dan voorspeld door veel analisten.
Hoe kunnen beleggers de PMI’s gebruiken?
Waarom zijn de PMI’s niet alleen interessant voor economen, maar ook voor beleggers? De index geeft een goed beeld van de toekomstige bedrijfsactiviteit en vertoont een krachtige correlatie met de relatieve sterkte van bepaalde sectoren op de aandelenmarkt. Bevinden de PMI’s zich boven de 50, dan duidt dit op een expansie van de economie. Beleggers kiezen dan best voor meer cyclische sectoren die mee profiteren van deze betere economische vooruitzichten.