Het voorbije jaar waren de groeilanden het zwakke broertje onder de aandelenmarkten. De beurzen van de ‘ontwikkelende’ landen presteren al 10 jaar bijna systematisch slechter dan de ontwikkelde landen. Hoe komt dat? En waarom blijven ze toch onontbeerlijk in uw beleggingsportefeuille?

Een terugblik


Het 1e decennium van deze eeuw was een bewogen periode voor aandelenbeleggers, met eerst de TMT-crisis (Telecom-Media-Technologie) en in 2008 de grote financiële crisis. Toch zetten groeilandaandelen in die periode een zeer sterke prestatie neer: de MSCI Emerging Markets, de toonaangevende index van groeilandaandelen, klom 162% hoger dankzij:

  • de toetreding van China tot de Wereldhandelsorganisatie (WHO)
  • de stijging van de grondstofprijzen, een opsteker voor grondstof-exporterende groeilanden
  • de schuldenafbouw en hervormingen na de Aziatische crisis eind jaren 90
  • de dalende dollar na het uiteenspatten van de TMT-bubbel

Tegelijkertijd verging het de beurzen van de ontwikkelde landen heel wat minder goed. De MSCI World, die enkel aandelen van deze landen omvat, bleef quasi gelijk. Maar sinds 2010 is het omgekeerd: terwijl de MSCI World met 151% steeg, moest de MSCI Emerging Markets het stellen met een klim van 41%, en dit door:

  • de neerwaartse cyclus van de grondstofprijzen
  • de stijging van de dollar (tussen 2011 en 2016)
  • de minder spectaculaire groeicijfers van China

Recent kwamen daar nog de vrees voor een wereldwijde groeivertraging, de handelsoorlog, renteverhogingen door de Amerikaanse centrale bank (tot eind vorig jaar), een nieuwe dollaropstoot en tegenvallende Chinese groeicijfers bij.


En nu?


De voorbije 20 jaar evolueerden de groeilanden sterk. Zo zijn Rusland, Zuid-Korea, Taiwan, Thailand, Maleisië en Mexico niet langer ontleners van buitenlands kapitaal, maar lenen ze zelf geld uit. De andere groeilanden ontlenen minder in dollar en meer in lokale munten, wat hen minder kwetsbaar maakt voor dollarstijgingen. De belangrijkste groeilanden (o.a. China en India) importeren grondstoffen. Een daling van de grondstofprijzen is dan ook mooi meegenomen. En de belangrijkste beurssectoren zijn niet langer energie en basismaterialen, maar IT en consumptie. Groeilanden raken ook alsmaar geavanceerder op technologisch vlak.


De voorbije jaren leken heel wat beleggers (te) weinig oog te hebben voor deze evoluties en lieten ze groeilanden links liggen. Ten onrechte, want ze bieden nog altijd een hele reeks troeven:

  • interessante waardering van de aandelen
  • toenemend belang op internationaal vlak
  • opkomende middenklasse
  • sterkere economische groei dan de ontwikkelde landen
  • alsmaar belangrijkere globale spelers in de bedrijfswereld (Alibaba, Tencent, Samsung, Taiwan Semiconductor, Ping An, Naspers...)

Besluit


Groeilandaandelen zijn onmisbaar voor elke belegger op lange termijn. In onze aandelenportefeuilles krijgen ze een gewicht van 15 à 16%. Een handelsakkoord tussen China en de VS zou zeker een mooie opsteker zijn. In afwachting behouden we voorlopig onze neutrale visie, maar we blijven absoluut geloven in het langetermijnperspectief van deze landen.


Wil u beleggen in groeilanden?


Lees er dan hier alles over.