Beleggers die hopen dat een krachtig economisch herstel in de eurozone voor de deur staat, temperen best de verwachtingen. De cijfers die binnen lopen voor het laatste kwartaal van 2019 tonen dat de groei nog een versnelling lager schakelde, naar een magere 0,1%. De tegenvallers komen uit Frankrijk (-0,1%) en Italië (-0,3%). In Frankrijk blijft de industriële productie achter door een afbouw van de bedrijfsvoorraden. Ook de consument neemt gas terug door de stakingen van december. In Italië zien we diezelfde zwakke vraag van de consument. Er lopen minder industriële goederen van de band en de dienstensector stagneert. Maar de grootste negatieve verrassing kwam uit Duitsland. Met een daling van 3,5% in december op maandbasis, bleef de industriële output ver onder de verwachtingen.
De klim van de vertrouwensindicatoren in januari suggereren dat de groei in de eurozone tijdens het eerste kwartaal kan oppikken, maar die peiling gebeurde voor de uitbraak van het coronavirus. We houden best rekening met een tijdelijke dip van het sentiment in februari door de zorgen over de economische effecten van de epidemie. In haar briefing voor het Europees Parlement benadrukte ECB-voorzitter Lagarde dat de binnenlandse economie signalen toont van stabilisering. Maar ze verwees ook expliciet naar de gezondheidscrisis in Azië als een te duchten extern risico. Zonder twijfel heeft de epidemie de timing van het globale herstel in de war gestuurd. China zal immers economische schade lijden en dat zal effect hebben op zijn handelspartners, zoals Duitsland.
Als de Chinese regering en de WHO erin slagen de epidemie op korte termijn in te dijken dan zal de economische schade beperkt blijven tot het eerste kwartaal. We houden dus vast aan ons basisscenario dat de eurozone in de loop van de tweede helft van 2020 uit haar economische dip zal klauteren. Maar de kans op een spectaculair herstel in 2020 is klein. De EU onderhandelingen met het V.K. en de handelsrelatie met de V.S. zijn twee externe risico’s die recent naar de achtergrond zijn geduwd, maar later op het jaar weer op de agenda kunnen komen. Deze uitdagende omgeving zorgt ervoor dat de BBP-groei in de eurozone waarschijnlijk ten vroegste tegen het jaareinde de trendgroei (ongeveer 1,2%) zal bereiken.
Deze informatie (en de eventuele bijgaande documenten) is louter bedoeld ter algemene informatie en vormt in geen geval een aanbod betreffende financiële, bank-, verzekerings- of andere producten en diensten, noch een beleggingsadvies.