Annelore Van Hecke
Senior Macro Economist @Belfius
Véronique Goossens
Chief Economist @Belfius
Belfius volgt de impact van de Covid-19 crisis op de voet aan de hand van geanonimiseerde rekeninggegevens van haar bedrijfsklanten. De mate waarin hotels, cafés en restaurants vorig jaar getroffen werden door het virus en de lockdownmaatregelen leiden we af uit de vergelijking van hun omzetcijfers in 2020 met hun omzet tijdens dezelfde periode in 2019. Onderstaande grafieken geven deze omzetevolutie weer op maandelijkse en wekelijkse basis.
De omzetdaling in de horeca was het meest dramatisch tijdens de eerste lockdown, die van start ging op 16 maart. Op het dieptepunt in april 2020 lag de omzet van onze horecabedrijven maar liefst 69% lager dan in april 2019. Na de heropening van hotels, cafés en restaurants op 8 juni zagen we de verkoopcijfers terug opveren, maar het herstel in de zomer was onvolledig. Door de blijvende "social distancing" maatregelen, de beperkingen rond het aantal mensen aan een tafeltje in cafés en restaurants, en een avondklok in de provincie Antwerpen bleef men in de zomermaanden 10% tot 20% onder het normale niveau presteren.
Met de start van de tweede periode van verplichte sluiting op 19 oktober kelderen de omzetcijfers opnieuw. De tweede lockdown weegt minder zwaar dan de eerste, maar het verschil is klein met een omzetdaling van -56% in november en -58% in december ten opzichte van vorig jaar. De kleine heropleving die u op de grafiek ziet tijdens de eindejaarsperiode is te danken aan de vele afhaalbestellingen voor de feestdagen. Die waren het gevolg van enerzijds een uitgebreid aanbod van afhaalmenu’s en anderzijds de toegenomen vraag naar take-away bij de vele gezinnen die de kerstdagen noodgedwongen thuis doorbrachten. Maar zoals u ziet op de grafiek maakten deze bestellingen de omzet niet goed. Volgens Horeca Vlaanderen haalde zes op de tien horecazaken hiermee slechts 1 tot 25% van de normale omzet in die periode.
Onze cijfers bevestigen opnieuw dat de horecasector één van de zwaarst getroffen sectoren is in deze Covid-19 crisis. Met een toegevoegde waarde van 1,9% van het BBP (cijfer voor 2019) is de bijdrage van de horeca aan de totale Belgische economie eerder beperkt, maar de sector is een belangrijke werkgever en stelde in 2019 zo’n 160 000 werknemers en zelfstandigen tewerk. Door de crisis zouden tegen eind 2021 maar liefst 29 000 van deze mensen hun job kunnen verliezen, zo blijkt uit de laatste enquête van de Economic Risk Management Group (ERMG) van de Nationale Bank. Hogere werkloosheidscijfers wegen op de hele economie en het economische herstel. Het gaat hier bovendien vaak om lage-inkomensjobs, wat maakt dat de crisis hier vooral een financieel zwakkere bevolkingsgroep treft.
Maar liefst 30% van de horecazaken achten een faillissement waarschijnlijk of zeer waarschijnlijk, zo bleek uit de ERMG enquête van december. Dit heeft te maken met liquiditeitsproblemen en de uitputtingsslag van een tweede lockdown zonder al te beste toekomstperspectieven voor 2021. Een snelle en duurzame heropening is dan ook essentieel voor het overleven van veel horecabedrijven, evenals de voortzetting van gerichte overheidssteun die aansluit bij de specifieke noden en bekommernissen van deze kwetsbare sector.