De bedrijfsenquêtes voor maart geven ons de eerste indicatie over de impact van het coronavirus op het economisch vertrouwen in de eurozone. Het beeld is somber. De graadmeter voor het ondernemerssentiment in de eurozone daalde in maart in één klap van 51,6 naar een laagterecord van 31,4 door de snelle verspreiding van het coronavirus op het Europese continent. Een cijfer onder de 50 betekent dat ondernemers een economische krimp verwachten.
Vooral in de dienstensector dondert het vertrouwen naar beneden door de strenge quarantaine maatregelen maar ook industriële ondernemingen rapporteren de scherpste daling van hun activiteit sinds de recessie van 2009.
De beleidsmakers zijn zich bewust van de ernst van de situatie en kondigen bijna elke dag nieuwe economische steunmaatregelen aan. Die moeten vermijden dat Europa door de coronacrisis in een aanslepende recessie belandt, die lange termijn schade aanricht aan het economisch weefsel. Tot nu toe waren het vooral de nationale regeringen die elk hun eigen pakket aan maatregelen lanceerden, meestal in de vorm van ruime overheidsgaranties voor het verstrekken van nieuwe leningen, maar ook via loonsubsidies en het verlenen van uitstel voor belastingen- en hypotheekbetalingen.
In Duitsland stelt de staatsinvesteringsbank KfW voor 560 miljard (16% van BBP) euro aan bedrijfsleningen ter beschikking met waarborgen van de overheid. De Franse regering voorziet een bedrag van 300 miljard euro aan staatswaarborgen voor kredietverstrekking aan bedrijven (12,5% van BBP). Beide landen verlenen ook directe steun aan bedrijven ter waarde van samen bijna 200 miljard, waarvan een groot deel gaat naar de uitstel van belastingen en sociale bijdragen. Daarbovenop komt nog. In Italië en Spanje wordt er ongeveer 1,3-1,4% van het BBP besteed aan directe steun voor bedrijven en gezinnen als respons op de Covid-19 crisis. Ook in België zijn er gelijksoortige maatregelen en er zijn er nog op komst.
Maandag kwamen de Europese ministers van Financiën overeen dat er ook een gecoördineerd antwoord moet komen van de EU. De strenge begrotingsregels van het Stabiliteits – en Groeipact worden voor onbepaalde tijd aan de kant geschoven om de economische uitdagingen van de coronacrisis het hoofd te bieden. De regels voor staatssteun worden minstens tot eind 2020 versoepeld, zodat lidstaten de sectoren verder kunnen ondersteunen die het ergst worden getroffen - zoals, toerisme, luchtvaart en horeca. De Eurogroep herhaalde de toezegging van commissievoorzitter Von der Leyen dat Europa alles zal doen om de economie te hulp te schieten. Deze week zal er op Europees niveau verder worden onderhandeld hoe de economie te stimuleren.
Ook de ECB drijft haar inspanningen op in de strijd tegen het virus verder op. Aangezien de beleidsrente al geruime tijd negatief is en verdere renteverlagingen weinig uithalen om de economie in 2020 te stimuleren, wordt vooral ingezet op de aankoop van schuldpapier. De ECB gaat onder de noemer ‘Pandemic Emergency Purchase Programme’ (PEPP) voor een extra bedrag van 750 miljard euro aan staats-en bedrijfsobligaties opkopen om de rentes laag te houden. Dat bedrag komt bovenop de bestaande opkoopprogramma’s en zal waarschijnlijk niet het laatste wapenfeit zijn van de ECB in de huidige crisis. Zolang het einde van de Covid-19 crisis niet in zicht is, blijft de nood aan steunmaatregelen in Europa hoog.
Deze informatie (en de eventuele bijgaande documenten) is louter bedoeld ter algemene informatie en vormt in geen geval een aanbod betreffende financiële, bank-, verzekerings- of andere producten en diensten, noch een beleggingsadvies.