Frank Maet
Senior Macro Economist @Belfius
Véronique Goossens
Chief Economist @Belfius
Voor de EU is de maat vol. De Europese Commissie sleept AstraZeneca voor de rechter. De Brits-Zweedse vaccinfabrikant leverde in het eerste kwartaal slechts 30 miljoen van de beloofde 120 miljoen Covid-19 vaccins. Volgens de Europese leiders heeft het bedrijf bovendien geen betrouwbaar plan om tijdige leveringen te garanderen. Ook het nieuws dat farmabedrijf Johnson & Johnson de uitrol van zijn Covid-19 vaccin in Europa uitstelt vanwege een probleem met zeldzame bloedklonters, is een zoveelste tegenvaller voor de Europese vaccinatiecampagne.
Van bij de start loopt het mis met de inentingen in de EU. Getalm met de goedkeuring van vaccins op Europees niveau, het tekort aan leveringen en een trage uitrol zetten Europa op grote achterstand in vergelijking met landen als de VS en het VK. In de Europese Unie heeft ongeveer één vijfde van de bevolking ten minste één dosis gekregen. In Amerika en het VK is dat meer dan het dubbele (zie grafiek). Dat zorgt ook voor een grote kloof in termen van economische groei. In de V.S. zet de snelle introductie van de vaccins en een vrachtlading fiscale steun de economie op weg naar de sterkste groei in jaren. De Amerikaanse economie zit op schema om nog vóór de zomer alle economische schade van de Covid-19 crisis in te lopen. De meeste landen van de eurozone zullen deze mijlpaal pas in 2022 bereiken.
De vaccinatieproblemen brengen de doelstelling van de Europese Commissie in gevaar om tegen het midden van juli minimaal 70 procent van de volwassen bevolking in te enten. Europa is echter vastbesloten om die kaap te bereiken. Het rekent daarvoor op de levering van 400 miljoen dosissen tegen het einde van juni. Ook de productie van vaccins in Europa zelf moet omhoog. In dat kader heeft het Europees Geneesmiddelenbureau (EMA) nieuwe productielocaties van BioNTech-Pfizer, Moderna en AstraZeneca goedgekeurd in Nederland, Duitsland en Zwitserland. De Europese Commissie zal voortaan ook strenger toezien op de uitvoer van vaccins om niet verder achter te lopen met vaccinaties. Er komt meer ruimte krijgt om zendingen te blokkeren naar landen met hogere inentingspercentages. Ook in het buitenland neemt het zogenaamde vaccin-nationalisme toe. Zo zijn fabrikanten in de V.S. verplicht op grond van de Defense Production Act om eerst aan de behoeften van de binnenlandse markt te voldoen.
Maar niet iedereen staat positief tegenover exportbeperkingen voor vaccins. De massaproductie en distributie van vaccins is een complex proces met lange toeleveringsketens in diverse landen. Naast de actieve ingrediënten voor de aanmaak, zijn er tal van producten nodig: flesjes om de vaccins te vervoeren, spuiten om toe te dienen, koelboxen om te vervoeren, droogijs om koude temperaturen te behouden en diepvriezers om op te slaan. Restricties plaatsen op de internationale handel van bestanddelen of gespecialiseerde apparatuur voor de aanmaak en opslag van vaccins is dus geen goed idee. Bovendien hebben alle landen vaccins nodig, maar kunnen niet alle landen die produceren. De verontrustende evolutie van de pandemie in India maakt duidelijk dat het risico op virusmutaties en nieuwe besmettingsgolven blijft bestaan tot er voldoende immuniteit is op globaal niveau. De strijd tegen de Covid-19 pandemie is beter gediend door meer vrijhandel en internationale coördinatie dan een opstoot van economisch nationalisme.