Rush op vastgoed is nog niet voorbij

19 augustus 2021

Frank Maet
Senior Macro Economist @Belfius


Véronique Goossens
Chief Economist @Belfius

Deel deze pagina:  
  • De forse stijging van de huizenprijzen zet zich door in binnen-en buitenland.
  • Door de Covid-19 lockdowns en de lage rente gaan veel kopers en investeerders op zoek naar woonvastgoed.
  • We hebben onze prognose voor de vastgoedinflatie verhoogd naar 5,0 procent voor 2021.

Wereldwijd gaan de woningprijzen pijlsnel de hoogte in. De prijsindex van de vastgoedconsultant Knight Frank, die de prijsevolutie meet in 56 landen, toont dat de internationale huizenprijzen op één jaar tijd met gemiddeld 7,3 procent zijn gestegen. De rush op vastgoed blijft dus voortduren ondanks Covid-19 die in veel landen zorgde voor een ongeziene krimp van de economie. De redenen voor de sterke interesse in woonvastgoed zijn niet ver te zoeken.

De meeste landen namen maatregelen om het gezinsinkomen te ondersteunen en een forse stijging van de bedrijfsfalingen en werkloosheid te voorkomen. Vooral rijkere gezinnen konden zo tijdens de lockdowns meer spaargeld aan de kant zetten, waarvan nu een deel vloeit naar de vastgoedmarkt. Hierbij speelt de lage rente omgeving een grote rol. Het is nog steeds goedkoop om te lenen voor de aankoop en bouw van een huis of appartement, waardoor kandidaat-kopers meer kunnen betalen voor hun droomwoning. Lage rentes zorgen ook voor een sterke interesse van binnenlandse en buitenlandse beleggers, die op zoek gaan naar een aantrekkelijk rendement. Een rapport van de Bank voor Internationale Betalingen (BIS) stelt vast dat de impact van internationale investeerders toeneemt op woning- en vastgoedmarkten. Buitenlands kapitaal stroomt vooral naar vastgoed in steden waar vaak een sterke vraag is naar woningen door jonge gezinnen, migranten en hoger opgeleiden. Beleggers spelen hierop in door stedelijke woningen te kopen en te verhuren, wat bijdraagt aan de hogere vraag.

Bovendien heeft de Covid-19 pandemie een aantal maatschappelijke trends versneld die de woningvraag een duw in de rug geven. Door de lockdowns werken of studeren heel wat mensen al bijna anderhalf jaar van thuis uit. Een eigen woning met tuin of terras en een extra kamer om in te richten als hybride woon/werkruimte staat bovenaan de lijst van criteria bij kandidaat-kopers. Dat zorgt voor een sterkere vraag naar relatief duurdere woningen, met duurdere prijzen als gevolg. Aangezien telewerk stilaan de norm aan het worden is, zal de focus op de eigen woonruimte een drijvende kracht blijven op de woonmarkt. In ons land is dat effect ook te zien aan de lange rijen in Ikea en andere meubelbedrijven en de golf aan renovaties. Tijdens de eerste vier maanden van 2021 werden 16 procent meer renovatievergunningen uitgereikt dan dezelfde periode vorig jaar. In vergelijking met 2019 bedraagt de stijging zelfs 25 procent.

We zien de hoogconjunctuur op de Belgische woonmarkt nog een tijd voortduren wat de prijzen verder gaat opdrijven. De factoren die bij ons en in het buitenland het residentieel vastgoed duurder maken, zullen immers ook na de zomer blijven spelen. Er zijn veel kandidaat-kopers op de woonmarkt en in de nieuwbouw hebben bouwfirma’s moeite om aan de verhoogde vraag te voldoen door problemen met de toelevering van grondstoffen en materialen. In een dergelijke krappe markt, gaan kopers vaak meer bieden dan de vraagprijs omdat ze vrezen achter het net te vissen. Economen noemen dit het FOMO-effect (‘Fear Of Missing Out’), of anders gezegd, kopers en beleggers op de hebben angst om de hausse op de vastgoedmarkt te missen. Verkopers daarentegen hebben geen haast.

Daarnaast blijven de hypotheekrentes relatief laag door het monetair beleid van de ECB en de scherpe concurrentie tussen de banken op het vlak van woonkredieten. Bovendien zijn de macro-economische vooruitzichten verbeterd sinds de lente. De Belgische economie blijkt robuuster dan verwacht en de werkloosheid is de afgelopen maanden verder gedaald. Het risico op een faillissementengolf en meer werklozen is nu een pak lager dan bij de start van het jaar.

Volgens de statistieken van Statbel versnelde de vastgoedinflatie in de eerste drie maanden van dit jaar naar 6,7 procent op jaarbasis. Het blijft nog wachten op officiële gegevens voor het tweede kwartaal maar de cijfers van de notarissen laten opnieuw een stevige groei zien op het vlak van het aantal transacties en de verkoopprijzen. Door de sterker dan verwachte klim van de woonprijzen in de eerste helft van het jaar en de gunstigere economische vooruitzichten, hebben we onze prognoses voor de vastgoedprijzen verhoogd. Voor 2021 rekenen we op een gemiddelde vastgoedinflatie van 5 procent. Ook volgend jaar zien we de prijzen klimmen, maar met een nominale groei van ongeveer 1 procent zal die stijging een stuk milder zijn dan dit jaar.


Ontdek de Belfius Convictions

Deel deze pagina: