24 januari 2022
Véronique Goossens
Chief Economist @Belfius
We staan aan de vooravond van een opwindende revolutie in ons consumentengedrag. In de toekomst zullen we niet meer het bezit van dingen nastreven, maar wel het gebruik ervan. Met muziek doen we dat al massaal. Maar in de circulaire economie is nog oneindig veel meer mogelijk.
Grasrobot met hersteller inbegrepen.
Waarom zou ik nog een grasrobot kopen als ik hem ook kan huren, onderhoud en herstel inbegrepen? Als hij vastloopt en zelfs als hij dreigt vast te lopen wordt mijn grasrobotfabrikant automatisch verwittigd dat er een hersteller moet langskomen. De fabrikant heeft er alle belang bij om de robot zo kwaliteitsvol mogelijk te maken, want hoe vaker hij de hersteller moet sturen, hoe minder hij verdient. In een circulaire economie gaat de producent nog een stap verder. Van bij het prilste begin bedenkt hij hoe hij het product zo kan maken dat het nog veel waarde heeft aan het einde van de levenscyclus. Zo kan hij het demonteren en ieder onderdeel hergebruiken of recycleren.
Dat is een heel andere benadering dan de wegwerpeconomie die we al decennialang meemaken. Sinds de jaren 1920, toen grote gloeilampenfabrikanten zoals General Electric en Philips samenwerkten om doelbewust de levensduur van hun lampen te beperken, lijkt het bedrijfsmodel van geplande veroudering ingebakken in de economie. Zo blijven we steeds nieuwe dingen kopen.
Philips Lighting heeft het geweer intussen van schouder veranderd en biedt nu het Pay per lux model aan. Je betaalt niet voor de armaturen of de elektriciteitsrekening, maar voor de verbruikte hoeveelheid licht in je gebouw. Philips ontwierp speciale lampen die heel zuinig en gemakkelijk te herstellen zijn. En als de lampen uit de mode zijn, krijgen ze een tweede leven in een nieuw lichtproject.
Een auto die naar je toe komt.
In een circulaire economie gaan producten dus langer mee, maar ze kunnen ook intensiever worden gebruikt. Neem nu een auto. Veel auto’s staan het grootse gedeelte van de tijd ongebruikt in de garage of op een parkeerplaats. Via autodeelsystemen rijden ze een groter gedeelte van de dag. Nog niet iedereen is te verleiden tot het tijdelijk huren van auto’s. Maar als die wagen zelfrijdend wordt en op afroep naar jou zou toekomen, dan ben je mogelijk wel te overhalen om je eigen wagen op te geven. Bedenk hoeveel plaats we zouden winnen in de steden, die nu volgestouwd staan met glimmend staal.
Het potentieel van deelplatformen is alleszins groot bij producten die relatief duur zijn in de aankoop en minder frequent gebruikt worden. Denk bijvoorbeeld aan dure designkledij. Nu al bestaan er modeverhuurbedrijven waar consumenten met een abonnement kleren van hun lievelings-ontwerper kunnen huren.
Een huis dat kant en klaar geleverd wordt.
Ook in de bouw is er een enorm potentieel om circulair te worden, want het gros van de huizen in België is slecht geïsoleerd. Met initiatieven zoals InschuifHuis is het mogelijk om op amper vier weken tijd verouderde rijhuizen te vervangen door een bijna energie-neutrale woning. Het houtskelet van het nieuwe huis wordt volledig geprefabriceerd en letterlijk ingeschoven op de plek waar de oude woning werd gesloopt. Bij de afbraak van het oude huis worden de sloopmaterialen zoveel mogelijk gerecupereerd en hergebruikt.
De meubelfabrikant Nearly New Offices maakt dan weer nieuwe kantoormeubelen van oude afgedankte meubels. Oude ladenblokken worden omgebouwd tot lockers of tafelbladen worden verzaagd tot zitbanken. Hier wordt dus het volledige product gebruikt en niet alleen de grondstof die erin zit. Recyclage is pas de uiterste laatste stap in het proces. Het neusje van de zalm is dat je bij recyclage nadien een even hoogwaardig product hebt. En dat is niet zo eenvoudig.
Niet alle recyclage is ideaal.
Neem nu de blauwe PMD-zak. Slechts een goeie helft van wat in die blauwe zak terecht komt wordt gerecycleerd. Dat blijkt uit het jongste jaarverslag van FOST PLUS over het jaar 2020. Veel van het plastic dat we vandaag in de zak stoppen is nog niet te recycleren. Het wordt dus gestort, verbrand of verscheept naar landen buiten de EU. Wat wél gerecycleerd wordt is vaak van minderwaardige kwaliteit en komt terecht in voorwerpen die nadien niet meer te recycleren zijn en dus toch nog op de afvalberg belanden.
Waarom de circulaire economie onafwendbaar is.
Als we blijven voortdoen zoals vandaag hebben we tegen 2050 drie planeten nodig om ons te voorzien aan grondstoffen. Bovendien kampt Europa met het probleem dat we grondstoffenarm zijn. We zijn zeer afhankelijk van de rest van de wereld, voor olie, edele metalen, zeldzame grondstoffen… Met de rijzende middenklasse in China en hopelijk een meer welvarend bestaan voor de Afrikanen kunnen we ons voorstellen dat grondstoffen niet meer tot hier geraken. Tenzij we er een hoge prijs voor betalen. We zullen dus massaal moeten inzetten op het behoud van wat hier al aanwezig is – denk aan het lithium in onze smartphonebatterij. Umicore is gespecialiseerd in het herwinnen van dat materiaal.
We hoeven niet eens een grote grondstoffen-schaarste af te wachten. De pandemie toont immers al aan hoe broos onze economie is voor tekorten. Fabrieken vielen stil of moesten hun productie terugschroeven. Alles werd duurder, niet alleen onze energiefactuur maar ook onze nieuwe fiets. In de nabije toekomst valt voor te stellen dat hele industriële gebieden elders in de wereld of in onze achtertuin getroffen worden door een klimaatramp. Waardoor onderdelen en grondstoffen plots niet meer beschikbaar zijn, met alle gevolgen van dien voor de industrie en de prijzen van producten.
Het is dus uit puur eigenbelang dat onze economie van lineair naar circulair moet. Een boeiend vooruitzicht, want in een circulaire economie zijn er veel mensen aan het werk en de kers op de taart is dat ons klimaat ons dankbaar zal zijn.