1. Macro Scenario
In de Verenigde Staten wordt het economische landschap nog steeds ondersteund door een robuuste arbeidsmarkt en aanhoudend goede macro-economische indicatoren. De Amerikaanse economie blijft veerkrachtig: de consumentenbestedingen blijven sterk en de productiesector staat er nog steeds veel beter voor dan in de eurozone, zoals blijkt uit de laatste PMI-cijfers. De Federal Reserve (FED) overweegt mogelijk nog een renteverlaging in december, met de mogelijkheid van verdere verlagingen volgend jaar, zij het in een lager tempo (het aantal verlagingen dat de markt verwacht in 2025 is nu eerder beperkt).
In tegenstelling daarmee wordt de eurozone geconfronteerd met zwakke economische en industriële activiteitindicatoren. Ondanks de geruststellende woorden van de voorzitter van de ECB, Christine Lagarde, dat er geen recessie wordt verwacht, maken de economische afhankelijkheid van de regio van China en de impact van mogelijke nieuwe douanerechten opgelegd door de Trump-administratie een sterk herstel op korte termijn onwaarschijnlijk. In deze context zal de ECB haar renteverlagingen waarschijnlijk agressiever voortzetten dan de Verenigde Staten. Een nieuwe renteverlaging in december lijkt waarschijnlijk.
In de groeimaarkten markten hebben de Chinese leiders nieuwe maatregelen aangekondigd na de vergadering van het "standing committee". Deze maatregelen voldeden aan de verwachtingen, maar wisten de markten niet te enthousiasmeren. Investeerders hopen op aanvullende steunmaatregelen, hoewel de timing van deze acties onzeker blijft. De Chinese markt probeert soms te herstellen op basis van aankondigingen van potentiële steun, maar deze herstelpogingen lijken niet duurzaam.
2. Marktcontext
De markten accepteren de combinatie van wereldwijde renteverlagingscycli met aanhoudende economische groei en een scenario van een zachte landing.
De kredietspreads blijven zeer krap en zouden kwetsbaar kunnen zijn voor een piek in volatiliteit. Investment Grade en High Yield bedrijfsobligaties blijven een scenario van een zachte landing weerspiegelen.
De evolutie van de opkomende markten moet in de gaten worden gehouden als de dollar structureel sterker blijft. De grondstoffen zijn deze maand licht gestabiliseerd. Ondanks de volatiliteit handelt Brent crude tussen $71 en $76. De productie (vooral in de Verenigde Staten) blijft sterk en de vraag mist steun, vooral in China. Goud is licht gedaald naar 2.600 dollar.
Na de presidentsverkiezingen handhaven we onze overweging in aandelen binnen de multi-activafondsen, met nog meer focus op de Verenigde Staten vanwege hun veerkrachtige economische context en hun vooruitzichten op een zachte landing, terwijl we onze allocatie naar de eurozone verminderen vanwege de uitdagingen waarmee deze te maken heeft.
Qua sectorallocatie geven we nu de voorkeur aan cyclische sectoren zoals industriële en financiële waarden, handhaven we een small caps benadering (met een voorkeur voor de Verenigde Staten in dit segment) en en kiezen we voor een langere termijn benadering van de gezondheidszorg (en dus voorzichtiger op de korte termijn). Bovendien handhaven we een overweging in informatietechnologie in de Verenigde Staten, vanwege de sterke structurele vraag naar AI-gerelateerde producten en de stijgende kapitaal uitgaven.
Gezien de politieke onzekerheid rond de nieuwe Trump-administratie met betrekking tot klimaatgerelateerde activiteiten, hebben we dit thema afgewaardeerd naar neutraal en willen we onze blootstelling hieraan niet vergroten tot er meer duidelijkheid is.
In het obligatiesegment behouden we een voorkeur voor staatsobligaties en krediet van hoge kwaliteit ten opzichte van alternatieven met hoog rendement ('high yield'). We zoeken geleidelijk naar instappunten voor duratie, anticiperend op mogelijke opwaartse druk op de rentetarieven, met name in de Verenigde Staten. Daarnaast hebben we onze allocatie aan goud behouden als beschermingsmaatregel en onze blootstelling aan schuldpapier van opkomende markten verminderd, gezien de uitdagingen die een potentieel sterke en aanhoudende dollar voor deze activaklasse met zich meebrengt.
3. Portefeuillestrategie
Het European Entrepreneurs-fonds behaalde een rendement van -3,2%, wat neerkomt op een underperformance van 0,55% ten opzichte van MSCI Europe. De belangrijkste bijdragers aan de prestaties van het fonds waren WISE (+27%), Heidelberg Materials (+18%) en Do&Co (+12%). De belangrijkste negatieve bijdragers waren CTS Eventim (-13%), AB Inbev (-7%) en Knorr-Bremse (-5%).
Deze maand richt onze analyse zich op de impact van de Amerikaanse verkiezingen op de Europese markten. De overwinning van Donald Trump bij de Amerikaanse presidentsverkiezingen in november, in combinatie met een "red sweep" (controle van het Congres en de Senaat door de Republikeinen), heeft aanzienlijke bewegingen op de wereldwijde financiële markten teweeggebracht. Dit resultaat, gekenmerkt door een versterkte Republikeinse regering, bevordert deregulering en belastingverlagingen, maar voedt ook geopolitieke en handelsgerelateerde onzekerheden.
Voor Europese bedrijven heeft deze dynamiek diverse implicaties. Handelsspanningen en de mogelijke terugkeer van verhoogde invoerheffingen op invoer uit China en de EU kunnen een last vormen voor Europese exporteurs. Technologie- en industriële bedrijven, die afhankelijk zijn van wereldwijde toeleveringsketens, zullen waarschijnlijk ook negatieve gevolgen ondervinden van de toegenomen handelsfricties. Het is echter waarschijnlijk dat Amerikaanse bedrijven, die afhankelijk zijn van de import van goederen uit Europa, hun voorraden zullen willen maximaliseren voordat deze tarieven van kracht worden.
Ons fonds, dat bestaat uit nichebedrijven (zoals CTP, Kinepolis, Me Group, Volex), zou dus minder last moeten hebben van dergelijke tarieven. Het bevat weliswaar bedrijven die verkopen aan de VS, maar waarvan de productie grotendeels lokaal is (AB Inbev, Groupe SEB, Heidelberg Materials).
Concluderend kan worden gesteld dat de overwinning van Trump een terugkeer naar een meer nationalistisch en protectionistisch beleid inluidt, wat risico's maar ook kansen met zich mee zal brengen voor beursgenoteerde bedrijven in Europa, afhankelijk van hun nichepositie, sectorale en geografische blootstelling en de locatie van hun productie.